Grote Coalitie: Een Verloren Decennium voor Duitsland

Alarmsignalen van de Duitse export: Onder deze titel publiceerde het Deutsche Economisch Instituut (IW) onlangs een analyse over de toestand van de Duitse exporteconomie. “De exportgroei is in de periode 2015-2023 met ongeveer tweederde gedaald ten opzichte van 2000-2015”, aldus het werkgeversvriendelijke instituut. Als gevolg hiervan daalde de bijdrage van de export aan de groei aanzienlijk: van 1,8 procentpunt tussen 2000 en 2015 naar 0,8 procentpunt vanaf 2015 en naar slechts 0,3 procentpunt na 2019. De export is daarom “nauwelijks meer een groeimotor voor de Duitse economie”.
Waarom de voormalige groeimotor hapertDat de export na 2015 verder achteruitgaat, blijkt ook uit de exportprestaties van de OESO. Deze meten ‘een soort landspecifiek aandeel in de wereldwijde export van goederen en diensten en kunnen dus worden geïnterpreteerd als een resultaatgerichte maatstaf voor het internationale concurrentievermogen van de export van een land’. Internationaal gezien presteert Duitsland het op twee na slechtst van alle door de OESO onderzochte landen na 2015. Dat geldt ook voor het nominale wereldwijde exportaandeel. Hoewel de meeste grote G7-landen dit lot ondergaan, geldt dit niet voor andere geïndustrialiseerde landen, zoals Zweden en Denemarken. Daarentegen lieten sommige opkomende landen, zoals India, China, Polen en Vietnam, een aanzienlijk verbeterde exportontwikkeling zien.
Er zijn geen tekenen van een trendbreuk: eind 2024 zorgde de zwakke buitenlandse handel ervoor dat de economie in het rood belandde, zo blijkt uit nieuwe gedetailleerde cijfers van het Duitse Bureau voor de Statistiek. De consumentenbestedingen stegen licht dankzij hogere lonen en de overheid gaf meer geld uit. Maar de export daalde met 2,2 procent ten opzichte van het voorgaande kwartaal – even sterk als voor het laatst gezien in het voorjaar van het coronajaar 2020.
Enerzijds identificeert de IW de redenen voor de zwakte van Duitsland als dat “de wereldeconomie en vooral de wereldhandel zich zwakker ontwikkelen”. Maar wat cruciaal is, is dat de Duitse export onevenredig langzaam groeide, met een gemiddelde jaarlijkse groei van slechts 1,5 procent in dollars. De IW analyseert: “Aangezien de Duitse reële export slechts ongeveer half zo snel groeide als de doelmarkten, waren er aanzienlijke verliezen in marktaandeel, wat blijkt uit de verslechtering van de exportprestaties.”
Bureaucratie, tekort aan vakmensen en infrastructuur: de grootste remmen op de Duitse economieDe IW identificeert “ bureaucratie , tekortkomingen in de infrastructuur en een tekort aan geschoolde arbeidskrachten” als de belangrijkste redenen voor deze “zorgwekkende bevinding”. De vroegere sterktes van Duitsland zijn ‘uitgehold’. De Duitse export is bijzonder zwak in een aantal belangrijke markten, zoals Groot-Brittannië en China. Bovendien brokkelt de positie van Duitsland sinds 2015 af in de vijf belangrijkste importlanden ter wereld en ook in belangrijke opkomende markten, waar China vooral grote marktaandelen verovert.
In totaal heeft Duitsland sinds 2105 marktaandeel verloren in 131 van de 193 importerende landen. Volgens de IW kan een deel van de verliezen worden verklaard “door protectionisme en geopolitiek, bijvoorbeeld met betrekking tot de Brexit-gerelateerde slechtere exportontwikkeling naar het Verenigd Koninkrijk, maar ook naar Rusland en China”. De productgroepen die voor Duitsland traditioneel bijzonder belangrijk zijn, lijden doorgaans de grootste verliezen: motorvoertuigen, machines, chemische en farmaceutische producten.
Jörg Krämer, hoofdeconoom van Commerzbank, eist dat een toekomstige regering snel actie moet ondernemen om de exodus van bedrijven te stoppen: “We hebben veel grote middelgrote bedrijven in Duitsland. Maar we hebben een signaal nodig dat er iets verandert, om te voorkomen dat steeds meer bedrijven naar het buitenland gaan en daar investeren.” Een signaal voor verandering zou waarschijnlijk kunnen komen van het verminderen van bureaucratie, bijvoorbeeld als een nieuwe federale regering de Duitse wet op de toeleveringsketen afschaft of de rapportagevereisten over duurzaamheid vermindert, vertelde Krämer aan dpa.
De Duitse economie bevindt zich in de langste recessie in meer dan 20 jaar. In 2024 kromp het bruto binnenlands product met 0,2 procent, het tweede negatieve jaar op rij. Voor 2025 verwachten de federale overheid en vooraanstaande economen in het beste geval een minimale groei. De staatsontwikkelingsbank KfW verwacht zelfs dat de economie opnieuw met 0,2 procent zal krimpen. In de geschiedenis van de Bondsrepubliek is er nog nooit sprake geweest van drie opeenvolgende recessies.
Drie jaar recessie? Waarom economen voor 2025 slechts minimale groei verwachtenEen probleem voor stimuleringsmaatregelen is de financiering van nieuwe schulden. In 2024 is het overheidstekort met 15 miljard euro gestegen tot bijna 119 miljard euro – terwijl de overheidsinkomsten voor het eerst de grens van twee biljoen euro overschreden. Maar tegelijkertijd gaf de staat meer geld uit aan sociale voorzieningen zoals pensioenen, ouderdomsuitkeringen en burgerbijdragen. De schuldaflossing legt ook een druk op de begroting: er zijn hogere rentetarieven nodig. De ECB fungeert niet langer in dezelfde mate als staatsfinancier als na de financiële crisis. Voor particuliere beleggers zijn Duitse staatsobligaties nog steeds aantrekkelijker dan Franse of Italiaanse obligaties. Maar ze hebben hun reputatie als ‘veilige haven’ verloren. Het rendement op tienjarige obligaties bedraagt 2,5 procent. Italiaanse effecten leveren daarentegen 3,6 procent op. Toch kunnen beleggers zich nog de tijden herinneren waarin negatieve rendementen werden behaald: in de jaren van de diepste eurocrisis betaalden beleggers om geld aan Duitsland te mogen lenen. Daar is tegenwoordig geen sprake meer van.
Berliner-zeitung