Alles wat niet klopt in de uitspraak van het Hof over migranten


ANSA-foto
De interventie
Volgens het HvJ-EU zal de rechter de Italiaanse wet buiten toepassing kunnen laten als hij een bepaald land veilig acht, op basis van informatie die hij rechtstreeks heeft verzameld, waaronder informatie uit particuliere en over het algemeen "betrouwbare" bronnen (waaronder ngo's). En politici worden gedwongen een stap terug te doen.
Over hetzelfde onderwerp:
De grens tussen het domein dat is voorbehouden aan de politiek, aan degenen die de overheidsbeslissingen nemen die kiezers hen hebben gelegitimeerd, en dat dat is voorbehouden aan rechterlijke toetsing, en dus aan deskundigen met erkende professionele competentie die belast zijn met het verifiëren van de legitimiteit van die beslissingen, is soms helder en precies, dan weer verschuivend en vaag. Deze afbakening is zeker verschuivend en vaag in een veld, dat van migratie, waarin nationaal recht botst met Europees en internationaal recht, de territoriale soevereiniteit van elke staat botst met de persoonlijke vrijheden van individuen, en de belangstelling voor de veiligheid en identiteit van elke natie botst met visies die doordrenkt zijn van internationalistisch en globalistisch denken. Dit geldt op twee onderling verbonden niveaus: enerzijds oefent de nationale rechter een onmisbare toetsing uit op de definitieve beslissingen van de bestuursautoriteit, en anderzijds breidt hij deze door deze toetsing onvermijdelijk uit naar de beslissingen van de nationale wetgever . In beide opzichten wordt de parameter gevormd door de EU-wetgeving, die een alomvattend en onoverkomelijk criterium voor de beoordeling vormt.
Men zou kunnen stellen dat dit het gebruikelijke kader is wanneer een bepaalde kwestie onder EU-regelgeving valt: zelfs in het geval van strandconcessies, om een actueel voorbeeld te noemen, vernietigen Italiaanse rechters besluiten van het openbaar bestuur door primaire nationale wetgeving buiten toepassing te laten wanneer deze in strijd is met de Bolkestein-richtlijn. Terwijl de EU in andere sectoren echter grenzen stelt waarbinnen nationale overheden hun eigen handelingsvrijheid behouden, wordt het kader hier beïnvloed door een combinatie van twee unieke factoren: enerzijds is de op Europees niveau vastgestelde regelgeving extreem breed en complex, en anderzijds berust deze op een reeks juridisch onduidelijke parameters. Het gevolg is dat de reikwijdte van de nationale rechterlijke toetsing in de praktijk uitzonderlijk ruim is. In de zaak die het Hof van Justitie van de Europese Unie gisteren behandelde in zijn arrest, ging het om die van "veilige landen van herkomst", waarvan de herkomst een gestroomlijnde asielaanvraagprocedure bepaalt, die aan de grens wordt uitgevoerd en versneld wordt in vergelijking met de standaardprocedure. Volgens het HvJ-EU mag een rechter de Italiaanse wet die een bepaald land als zodanig beschouwt op basis van informatie die hij of zij rechtstreeks heeft verzameld, buiten toepassing laten, zelfs als deze afkomstig is van particuliere bronnen, mits de informatie over het algemeen "betrouwbaar" is. Dit is gebaseerd op een onafhankelijke beoordeling, waarbij deze informatie in theorie voorrang krijgt boven die van bijvoorbeeld ministeriële onderzoeken, aangezien Richtlijn 2013/32 en de EU-jurisprudentie geen beoordeling van de bewijskracht van verschillende bronnen opleggen. Uiteindelijk kunnen, door de bevindingen van het Hof expliciet te maken, de rapporten van de vele ngo's die betrokken zijn bij migratiestromen, naar het oordeel van de individuele rechter overtuigender worden geacht dan de zeer gedetailleerde "landenprofielen" die, mede dankzij het diplomatieke werk van ambassades, door het Ministerie van Buitenlandse Zaken zijn opgesteld . Met als gevolg dat een rechter een bepaald land van herkomst als veilig kan beschouwen en de rechter in de kamer ernaast, na rekening te hebben gehouden met andere bronnen of deze verschillend te hebben beoordeeld, tot een andere beoordeling voor hetzelfde land komt.
In deze gevallen zal het niet gaan om gewone jurisprudentiële conflicten over een specifieke juridische kwestie, maar om een conflicterende afweging van de sociale, politieke en regelgevende dimensies van een staat, overgelaten aan het oordeel van de individuele magistraat en mogelijk gebaseerd op voorlopige bevindingen, zelfs die van niet-institutionele oorsprong. Aangezien volgens het Hof individuele staten als veilig worden beschouwd zolang ze veilig zijn op hun gehele grondgebied en zonder uitzonderingen voor bepaalde categorieën mensen, is het gemakkelijk te voorzien dat deze indicatie voor veel van de landen die de Italiaanse wetgever aldus heeft overwogen, juist om deze redenen zal komen te vervallen. En dit geldt niet alleen, zoals vanzelfsprekend was, voor degenen die aantonen tot een risicocategorie te behoren of in ieder geval om specifieke persoonlijke redenen risico te lopen, maar voor alle asielzoekers uit die landen, zelfs degenen die volledig buiten de "gevoelige" categorieën vallen.
Het is niet aan deze auteur om te beoordelen of de benadering van het Hof van Justitie aanvaardbaar is of niet. Wel kan en moet worden opgemerkt dat de effectieve manoeuvreerruimte die aan nationale regeringen wordt gelaten – waarvan er bovendien veel progressief georiënteerd zijn en vergelijkbare standpunten innemen als de Italiaanse regering – op dit gebied nu zo beperkt is dat deze in de praktijk volstrekt ongeschikt is voor een evenwichtige regulering van een complex fenomeen als migratie. Het Hof van Justitie vertrouwt deze verantwoordelijkheid toe aan nationale rechtbanken en dwingt politici tot een stap terug . Misschien maakt het daarmee zelf wel een keuze van deze aard.
Ettore Manca bestuursrechter, juridisch deskundige bij het voorzitterschap van de Raad
Meer over deze onderwerpen:
ilmanifesto