Böhmermanns kartel van stilte: wanneer belastinggeld en satire te dicht bij elkaar komen

Over de mysterieuze financiering van een ZDF-voorstelling in het HKW, een door de staat gerund cultureel centrum. En waarom niemand over de Böhmermann-financiering wil praten.
Er zijn momenten in de journalistiek waarop een simpele onderzoeksvraag een les wordt in de onderlinge verbanden tussen de publieke omroep, cultuurbeleid en belastinggeld. Zo'n moment is momenteel te beleven met Jan Böhmermann, de zelfverklaarde klokkenluider van het land.
De Berliner Zeitung probeert al weken te achterhalen wie er achter de financiering van Böhmermanns pompeuze tentoonstelling en concertreeks "Die Possibilität der Unrede" in het Haus der Kulturen zit. Een simpele vraag, zou je denken. Maar wat volgde was een stilte die zelfs ervaren journalisten in de hoofdstad verbaasde.
ZDF? Het verwijst haastig naar het Huis van de Wereldculturen. Het kantoor van de federale regeringscommissaris voor Cultuur en Media, Wolfram Weimer? Het legt uitgebreid uit dat het alleen institutionele steun verleent aan het HKW (ten belope van € 57 miljoen per jaar), niet het specifieke evenement – ook al staat het BKM-logo prominent op al het promotiemateriaal. En het Huis van de Wereldculturen zelf, dat institutionele steun ontvangt van de federale overheid en het Federale Ministerie van Cultuur en Media? Dat heeft simpelweg niet gereageerd op onze vragenlijst die we afgelopen zondag hebben ingediend. Ondanks verschillende telefoontjes. Ondanks beleefde vragen. Ondanks journalistieke volharding.
Het hoogtepunt van deze farce: Jan Böhmermann zelf, tijdens zijn eigen persconferentie in het HKW door de hoofdredacteur van de Berliner Zeitung ondervraagd over de financiering van zijn show , antwoordde schouderophalend: "Ik weet het niet." De man die normaal gesproken elke cent aan dubieuze partijdonaties blootlegt, wil plotseling niet meer weten wie zijn eigen tentoonstelling betaalt? Dat is ofwel opmerkelijk amateuristisch, ofwel gewoonweg schaamteloos.
De delicate kwestie van dubbele financieringHier wordt het juridisch interessant – en potentieel explosief. Böhmermann en zijn management zijn nauw verbonden met de entertainmenttelevisie Ehrenfeld UE GmbH, die op haar beurt een dochteronderneming van 60 procent is van Gruppe 5 Filmproduktion GmbH, waarin ZDF een meerderheidsbelang van meer dan 90 procent heeft. Met een omzet van circa € 250 miljoen en een regelmatige winst van circa € 10 miljoen is dit geen geringe structuur. Dit toont aan hoe nauw de satiricus verweven is met de publieke omroep. Tegelijkertijd produceert Böhmermann "Magazin Royale" voor ZDF – gefinancierd door licentiegelden.
Als dezelfde persoon, hetzelfde bedrijf, extra belastinggeld krijgt voor een tentoonstelling in het staatscultureel centrum, rijst de vraag: is dit nog legaal of leidt dubbele financiering bij de publieke omroep tot een belangenconflict?
Lessen uit de economieStel je voor: de directeur van een dochteronderneming van Volkswagen zou een tentoonstelling organiseren bij het Ministerie van Transport, gefinancierd met belastinggeld, terwijl hij tegelijkertijd door VW werd betaald. De compliance-afdeling zou alarm slaan, de mededingingsautoriteit zou een onderzoek instellen. En de Federale Rekenkamer zou een nieuw hobbyproject starten. Of neem de Wirecard-zaak: toen bekend werd dat de accountants van EY ook adviesdiensten aan het bedrijf leverden, ontstond er enorme verontwaardiging. De vermenging van controle en zakelijke belangen wordt in de private sector als een doodzonde beschouwd.
Waarom zou dit voor publiekrechtelijke structuren anders zijn?
Gebrek aan transparantie in de financiering: de olifant in de kamerDe werkelijke explosiviteit schuilt in het systematische gebrek aan transparantie. Als een door licenties gefinancierde satiricus extra belastinggeld ontvangt voor culturele projecten, terwijl zijn productiebedrijf daar potentieel aan verdient, dan verdient dat op zijn minst een verklaring. De aanhoudende weigering van alle betrokkenen om deze simpele vragen te beantwoorden, voedt het vermoeden dat er iets mis is.
ZDF heeft in ieder geval "effectieve investeringscontrole", zoals vermeld in de korte reactie aan onze redactie. Maar als deze controle zo effectief is, waarom kan dan niemand zeggen wie verantwoordelijk is voor Böhmermanns financiering? En waarom moet de staatsminister van Cultuur persoonlijk verschijnen bij een evenement waarvan de financiering in nevelen gehuld is? Een controle door de Algemene Rekenkamer lijkt hier bijna onvermijdelijk.
Conclusie: gebrek aan transparantie over de kosten van BöhmermannHet is een merkwaardige ironie: uitgerekend Jan Böhmermann, de ontmaskeraar van verborgen machinaties, de onthuller van dubieuze geldstromen, is verstrikt geraakt in een wirwar van non-antwoorden en pingpongen over verantwoordelijkheden. De man die in zijn tentoonstelling transparantie en democratie viert, kan niet eens de simpele vraag over de kosten van de Böhmermann-tentoonstelling beantwoorden. Misschien is dit de ware "mogelijkheid van onredelijkheid": dat in 2025 een satiricus, een staatsminister en een cultureel centrum gezamenlijk een tentoonstelling kunnen organiseren zonder dat iemand weet – of wil weten – wie de rekening betaalt. In de private sector heet dit schending van het vertrouwen. In de culturele sector heet het blijkbaar kunst. De Berliner Zeitung zal vragen blijven stellen. Ook al duurt het nog een week. Of twee. Op een gegeven moment zal iemand moeten antwoorden. De Algemene Rekenkamer, uiterlijk.
Heeft u feedback? Schrijf ons! [email protected]
Berliner-zeitung