'Islam niet de baas': minister staat open voor radicale stap op scholen

Onderwijsminister Karin Prien beschouwt een limiet op migranten in Duitse schoolklassen als een "mogelijk model". De islam is "hier niet de baas", aldus de minister.
Bondsminister van Onderwijs Karin Prien staat open voor het idee van een bovengrens voor kinderen met een migratieachtergrond op scholen. "Dat is een denkbaar model", zei ze in het Welt-TV-programma "Politikergrillen mit Jan Philipp Burgard". Burgard had de CDU-politica om haar mening over een dergelijke grens gevraagd, daarbij verwijzend naar het voorbeeld van Denemarken.
Over de hoogte van een mogelijke bovengrens zei ze: "Ik denk dat het altijd zinvol is om naar de ervaringen van andere landen te kijken om te zien of het uiteindelijk 30 of 40 procent is." De minister van Onderwijs voegde er echter aan toe dat het cruciaal is dat kinderen Duits kunnen spreken vanaf het moment dat ze naar school gaan.
Hoofdredacteur Burgard van "Welt" beschreef het geval van een basisschool in Berlijn met 90 procent immigranten. Een leerling zei dat de islam de baas was. Prien merkte op: "En ik wil het heel duidelijk maken: de islam is hier absoluut niet de baas; de baas is hier de Grondwet."
Als uit dergelijke tests blijkt dat er behoefte is aan ondersteuning, wordt van de deelstaten verwacht dat zij verplichte ondersteuningsmaatregelen en -concepten implementeren, aldus het regeerakkoord tussen de CDU/CSU en de SPD. Schoolprestatiestests hebben in het verleden al groeiende achterstanden onder basisschoolleerlingen aangetoond.

"We hebben niet alleen problemen met kinderen met een migratieachtergrond. We hebben ook problemen met kinderen uit gezinnen die hier altijd al zijn geweest", aldus Prien, die onlangs een nieuwe zorgtoeslag voorstelde . Dit komt door veranderende opvoedingsgewoonten. Ze pleitte voor meer verantwoordelijkheid van ouders. "Onderwijs en opvoeding vallen net zo goed onder de verantwoordelijkheid van ouders als van scholen of andere instellingen, zoals kinderdagverblijven."
Aangezien onderwijs en kinderdagverblijven een zaak van de deelstaten zijn, kan de federale overheid geen uniforme regels voor verdere maatregelen voorschrijven. Dit geldt zowel voor de besproken mogelijke bovengrenzen voor kinderen met een migratieachtergrond als voor verplichte taaltesten. Deze kunnen alleen individueel door de deelstaten worden geïmplementeerd of als ze een gezamenlijke aanpak overeenkomen.
FOCUS