Zelfreplicerende sondes kunnen in het zonnestelsel bestaan

NIEUWSCENTRUM
Gemaakt: 6 november 2025 10:20
In 1949 introduceerde de beroemde wiskundige en natuurkundige John von Neumann het concept van wat hij de " universele constructor " noemde in een reeks lezingen aan de Universiteit van Illinois . Dit idee werd uitgewerkt in zijn boek Theory of Self-Reproducing Automata, postuum gepubliceerd in 1966. Von Neumann betoogde dat machines die in staat waren kopieën van zichzelf te produceren uit eenvoudige bouwstenen, theoretisch mogelijk waren.
Dit idee wekte geleidelijk de interesse van wetenschappers, met name in SETI-onderzoek (Search for Extraterrestrial Intelligence), en leidde tot een nieuw idee: de meest efficiënte manier om de Melkweg te verkennen zou wel eens kunnen zijn om robotachtige sondes te sturen die kopieën van zichzelf kunnen maken. Deze sondes worden nu "von Neumann-sondes" genoemd.
“SOMMIGEN ZIJN ER MISSCHIEN NOG”
Professor Alex Ellery van Carleton University is een ingenieur die deze sondes al jaren bestudeert. In zijn nieuwste onderzoek, uitgevoerd aan het Center for Self-Replication Research (CESER) van de universiteit, suggereert Ellery dat deze sondes niet slechts een theorie zijn, maar dat sommige ervan mogelijk al een bezoek aan het zonnestelsel hebben gebracht.
Volgens Ellery waren deze sondes mogelijk gericht op metaalrijke hemellichamen zoals de maan en asteroïden om grondstoffen te verzamelen. Het is mogelijk dat ze technosignaturen op deze objecten hebben achtergelaten, zoals verschillen in isotopenverhouding of magnetische anomalieën door productieactiviteiten. "Als ze in het zonnestelsel terechtkwamen," zegt hij, "zouden hun sporen vooral zichtbaar kunnen zijn op het oppervlak of de ondergrond van de maan."
HET VERZAMELEN VAN MIDDELEN, HET KOPIËREN VAN ZICHZELF
Volgens Ellery's model volgen zelfreplicerende ruimtesondes een proces in zes fasen. Eerst verzamelen ze grondstoffen van asteroïden en kleine manen. Vervolgens bouwen ze rovers en productie-eenheden met deze materialen. Vervolgens vestigen ze bases in grondstofrijke gebieden en produceren ze kopieën van zichzelf. De nieuwe sondes brengen vervolgens het hele systeem gedetailleerd in kaart. Ten slotte kunnen deze structuren gigantische ruimtestations, oftewel "O'Neill-cilinders", bouwen voor toekomstige kolonies.
Als gevolg van dit proces kunnen sondes zowel sporen van mijnbouw als radioactieve sporen van kernreactoren achterlaten in het systeem waarin ze zich bevinden. Ellery merkt op dat met name afwijkingen in de isotopenverhoudingen van uranium en thorium een aanwijzing kunnen zijn voor dergelijke activiteit.
EEN NIEUWE KIJK OP SETI
Ellery stelt dat traditionele SETI-zoektochten zich vaak richten op radiosignalen, die mogelijk onvoldoende zijn om geavanceerde beschavingen te detecteren. Hij gelooft echter dat het een realistischer doel is om te zoeken naar tastbare technologische sporen binnen het zonnestelsel.
"Het zonnestelsel is enorm en een groot deel ervan is nog onontgonnen. Deze sondes zouden klein kunnen zijn, verborgen in maankraters of de Kuipergordel," zegt hij. Wat er moet gebeuren, zegt Ellery, is het zorgvuldig onderzoeken van de metaalafzettingen, variaties in het magnetische veld en ongebruikelijke isotopenverhoudingen op de maan.
GEEN SCIENCEFICTION, MAAR TECHNIEK
In zijn eerder gepubliceerde werk stelde Ellery dat de mensheid dankzij 3D-printtechnologieën, robotsystemen en zelfherstellende machines sneller soortgelijke sondes zou kunnen ontwikkelen dan voorheen werd gedacht. Hij biedt ook oplossingen voor de "Berserker-hypothese", de angst dat op hol geslagen sondes de Melkweg zouden kunnen vernietigen, zoals het beperken van hun verspreiding.
Ellery's aanpak is daarom niet alleen een "zoektocht naar buitenaardse wezens", maar ook een leidraad voor toekomstige ruimteverkenningsstrategieën van de mensheid. Hij betoogt dat mijnbouw- en productieactiviteiten op de maan ook een unieke kans bieden om naar dergelijke technologische sporen te zoeken.
“Misschien hebben ze een cadeau achtergelaten”
Ellery suggereert dat als deze sondes het zonnestelsel daadwerkelijk hebben bezocht, ze mogelijk zelfs een verborgen "technologisch geschenk" op de maan of asteroïden hebben achtergelaten: "Als ze ons hebben geobserveerd, hebben ze misschien een geschenk achtergelaten dat ingeruild kan worden voor onze grondstoffen. Dat zou iets kunnen zijn dat alleen een beschaving met een bepaald technologisch niveau zou kunnen ontdekken."
Deze beweringen moeten nog bewezen worden, maar Ellery's boodschap is duidelijk: bij nieuwe missies naar de maan en de nabije ruimte moeten ze, naast de zoektocht naar grondstoffen, ook zoeken naar sporen van potentiële bezoekers.
Misschien vindt de mensheid bij deze zoektocht niet alleen nieuwe mineralen, maar ook sporen van een intelligentie die haar in het heelal voorafging.
hurriyet




